September 2020 - Rootstime

Dan denkt een mens al eens dat hij eigenlijk redelijk goed “mee” is met de hedendaagse muziek en dan krijg je dít op je bord: een plaat van een band van bij de Noorderburen, in casu Den Haag,, waar je, tot je verbazing en schande nooit van gehoord hebt en die blijkbaar aan de zesde plaat toe is in de bijna twintig jaar dat hij actief is. Het vijfkoppige gezelschap rond songschrijver Pascal Hallibert, Fransman van geboorte, maar Hagenaar geworden, maakt heel filmische muziek, waarbij je als luisteraar als vanzelf de beelden zelf gaat dromen en deze “Starlight”, waaraan ze vijf jaar gewerkt hebben, is de voorlopige kroon op een “werk in evolutie”: waar de vorige platen eerder verzamelingen van apart te bekijken en beluisteren episodes waren, is deze veeleer een geheel van verhalen, plaatsen en figuren, die allemaal met elkaar in verbinding (zouden kunnen) staan. Dit is de soundtrack bij een (nog) niet gemaakte film, een drie kwartier durende collage van muzikale beelden, waarin reizen, weidse landschappen en bijzondere figuren om elkaar heen stuiteren.

Al bij de eerste beluisteringen valt op hoezeer de Velvet Underground een invloed zijn: dit is rock, zeer zeker, maar dan wel met flink wat rootsy invloeden, al durven de gitaren van Leejon Verhaegh ook wel eens flik verscheurd en overstuurd klinken.Een lang nummer als “Night Wind” is een mooi voorbeeld van deze allesbehalve doorsnee klinkende muziek: het begint met een heel rustig, kabbelend gitaarlijntje, dat langzaamaan uitgebouwd en verrijkt wordt met bas, drums en toetsen en krijgt daar dan de stem van Hallibert overheen, wat je meteen in Tindersticks- of Calexicosferen brengt. Als daar in “The Sound of Waves” -een liedje over onschuld en de daarmee gepaard gaande fragiele onschuld, dat Hallibert voor zijn dochter schreef- nog de duetzang van Shireen van Dorp bijkomt, komen de hoogtijdagen van The Walkabouts en Chris & Carla voor je geestesoog opdoemen.

“Sister” is dan weer gebaseerd op een foto, waarop de zus van de zanger poseert, vlak voordat ze gaat duiken in de Atlantische Oceaan. Midden februari nog wel en daarvoor heb je best wel wat “guts” nodig. Over die “guts” handelt dit uiterst breekbare nummer, dat een mooie illustratie is van de dualiteit van de muziek van Templo Diez: urbaan, verstoord, overstuurd en op de nacht gericht Tegelijk is er de broze, tedere en intimistische kant, die aan ongerept strand en eeuwig water doet denken. Dat water is overigens een nogal prominente leidraad doorheen de film, die deze plaat is: “The Sound of Waves”, More Rain on Vegas”, “Going Surfin’”….ze handelen er allemaal over en stromen recht naar de Verenigde Staten, waar de meeste van de verhalen zich afspelen in Fante- en Bukowski-stijl.

Wie in minder dan zes minuten wil weten hoe de plaat klinkt, kan ik “Southern & The Dog” aanbevelen: dat nummer -het handelt over Clarksdale, Mississippi, de plaats waar de Deltablues ontstond en waar twee belangrijke spoorlijnen, The Southern en The Dog, elkaar kruis(t)en- is live opgenomen en illustreert helemaal waar het bij Templo Diez om draait: broeierige, meeslepende en meestal trage, maar altijd indringende rock, die een beroep doet op je verbeelding. Wat mij betreft: zeer, zéér aangename kennismaking!

(Dani Heyvaert)

Back